In de Humo van 26 februari stond er een uitgebreid artikel waarin werd aangehaald dat Tom Boonen melkallergie heeft. Mijn eerste reactie was er eentje van blijdschap. Begrijp me niet verkeerd ik heb het hier niet over leedvermaak ofzo. Neen eerder blijdschap dat een gerespecteerd professioneel sportmedemens zijn allergie kan overwinnen en een succes kan zijn. In tegenstelling tot mezelf dan. Zulke zaken geven een mens nu eenmaal hoop.
Tot de teleurstelling je in het gezicht mept. In het uitgebreide artikel kwam het allergieprobleem maar heel eventjes aan bod. Maar wat Tom Boonen onder allergie verstaat heeft klaarblijkelijk een hele andere betekenis dan wat ik onder allergie versta.
Dit is volgens Tom Boonen allergie;
“ Als ik geen topsporter was, had ik er nooit iets van gemerkt. Het kost mijn lichaam gewoon meer moeite om melkproducten te verteren, en dat vertraagt de recuperatie….”
Laat me even toe te stellen dat dit volgens mij geen allergie is. Eerder een intolerantie en dan nog een zeer lichte.
Ik zal even beschrijven voor de niet allergie adept hoe een lichaam met melkallergie kan reageren.
1. men neemt een glaasje melk
2. 5 a 10 minuutjes later voel je je wat misselijk
3. 15 minuten later hang je boven het toilet te kotsen
4. 30 minuten na inname van het glas melk, hevige diaree (en hopelijk stopt het kotsen even)
5. 60 minuten na consummatie lig je in bed of zetel te zweten en draait de wereld om je heen.
6. de rest van de dag recupereer je van deze episode en hoop je dat het niet nog erger zal worden.
Dit is dus hoe een lichaam ‘kan’ reageren, erger en minder erg zijn natuurlijk ook mogelijk. Maar u zal ongetwijfeld opmerken dat er toch wel een aanzienlijk verschil is tussen Tom Boonen zijn allergie en die van ons.
Eigenlijk vind ik dit helemaal niet erg, en vooral niet voor Tom Boonen dan. Maar eerder spijtig want nogmaals verschijnt er een stukje misinformatie in de pers dat bijdraagt om allergie als zwaar medisch probleem te minimaliseren en naar de vergeethoek te bannen. ‘Ah tis maar een allergietje, moet je daarvoor thuisblijven?’ Hoeveel keer hebben we dat al mogen horen?